Verdreven hoop
Hé, jij daar. Blijf even staan. Kijk eens op van je telefoon en zie hoe ik hier hang, gesperd tussen hemel en hel, aan een museummuur. Probeer het je eens voor te stellen, tachtig jaar – vandaag is dat een heel mensenleven – aan moord en plundering, gevecht en vlucht. Maar vooral: tachtig jaar aan onzekerheid. Want dat is uiteindelijk wat elke oorlog is. Een onbeslechte strijd, het kan nog alle kanten op.
Terwijl jij je probeert voor te stellen hoe het in mijn tijd geweest moet zijn, vraag ik me hetzelfde af over de jouwe. Vaak verbaas ik me over hoe vlug alles tegenwoordig gaat. Zelfs in een museum, waar de tijd stil zou moeten staan, hebben bezoekers haast. Vinden ze het hier niet interessant genoeg, dan zijn ze snel weer weg, naar een zaal met een onbetwist meesterwerk, om te vechten om de beste selfieplek. Tijd verspillen is niet meer nodig, als je alles instant krijgen kunt.
Want in jouw broekzak zit de wereld. Die bevindt zich in dat wonderlijk apparaatje, dat altijd aan staat en altijd verbonden is, net zoals jij. Je kunt erdoor op twee plekken tegelijk zijn. Je hoeft je er nooit meer door te vervelen, wachten is geen noodzaak meer. Het komt al met antwoorden terwijl je de vraag nog aan het stellen bent. Het helpt je om alles te weten, maar het is ook het beste middel om weer te kunnen vergeten. Het handelt in voorspelbare uitkomsten en snelle resultaten.
Het aantal doden van de Slag bij Nieuwpoort bleef nog maanden ongewis. Tachtig doden in Bagdad weten we na enkele seconden.