Van prothesen over contaclenzen tot slimme biomaterialen: manieren om het lichaam te repareren
De wens om het lichaam te repareren is natuurlijk niet nieuw. Al sinds mensenheugenis worden kapotte lichaamsonderdelen vervangen met protheses, om op deze manier de mechanische prestatie te verbeteren. Zo vonden archeologen een mummy van 3000 jaar oud met een houten teen. Waar vroeger vooral natuurlijke materialen werden gebruikt zoals hout of steen om een lichaam te repareren, werden deze in de recente geschiedenis steeds vaker vervangen door titanium, keramiek en plastics. In de Tweede Wereldoorlog vielen er veel gewonden en gingen veel ledematen verloren. Het gevolg was dat de biomedische technologie zich in sneltreinvaart ontwikkelde. Zo werden er bijvoorbeeld tijdens een medisch onderzoek scherven van perspex - afkomstig uit de verbrijzelde cockpits - gevonden in de ogen van piloten. Toen het artsen opviel dat deze lichaamsvreemde materialen geen ontstekingsreactie veroorzaakten, was dit het begin van de ontwikkeling van de kleine contactlenzen.
Door de jaren heen zijn de prestaties van biomaterialen steeds sneller verbeterd. Iedere dag zijn er weer nieuwe ontdekkingen van slimme biomaterialen die zelfs met het lichaam kunnen communiceren om zichzelf te repareren. Helaas heb ik dit idee niet zelf bedacht, de natuur voert dit al sinds jaar en dag perfect uit. Als een hagedis zijn staart kwijtraakt, dan is het beestje in staat om na anderhalve maand een nieuwe aan te laten groeien. Om datzelfde effect met onze biomaterialen te kunnen bereiken, maken we gebruik van het 'wondgenezingproces' in ons lichaam. Eigenlijk lijken we als mensen best veel op hagedissen en zijn we vaak in staat om onszelf te herstellen: om een schaafwond te laten genezen, wordt er een enorme keten aan processen in ons lichaam geactiveerd. Bij een klein wondje is je lichaam perfect in staat om het zelf te repareren, maar is een wond te groot dan kan je lichaam zichzelf niet meer repareren. Als biomedisch ingenieur zoek ik naar nieuwe medische oplossingen om het menselijk lichaam te repareren: ik ontwerpen slimme moleculen die kunnen communiceren met de cellen in ons lichaam. We sturen het lichaam dus aan op het allerkleinste niveau: moleculen. Een veel gebruikte vergelijking om aan te geven hoe groot een molecuul is, is dat op één menselijke haar 100.000 moleculen in de breedte passen. Met moleculen bouwen we slimme biomaterialen die kunnen communiceren met de cellen in het lichaam en we stimuleren vaak zelfs het menselijk lichaam om zichzelf te repareren. Denk bijvoorbeeld aan een bloedvat dat dicht kan slippen door aderverkalking (atherosclerose), en dat we zouden kunnen vervangen met een biomateriaal wat uiteindelijk uitgroeit tot een gezond bloedvat met lichaamseigen cellen. Het biomateriaal breekt dan over de tijd af.
Met deze slimme biomaterialen kunnen we het lichaam een handje te helpen tijdens de reparatie. Door deze te verwerken in specifieke vormen - zoals de vorm van een bloedvat of hartklep - kunnen de cellen vanzelf na plaatsing in het lichaam volledig opnieuw uitgroeien tot een lichaamseigen weefsel en het biomateriaal weer laten verdwijnen. Zo kunnen we het lichaam aansturen om uit zichzelf een nieuw bloedvat uit te laten groeien.