‘Het gebeurt niet vaak dat critici een poëziedebuut unaniem tot meesterwerk uitroepen’
Tien jaar lang schreef Radna Fabias in alle stilte. Toen ze in 2016 met het gedicht gieser wildeman de Poëziewedstrijd van de Stad Oostende won, werd ze gecontacteerd door De Arbeiderspers met de vraag of ze toevallig nog wat meer had geschreven. Twee jaar later, in het voorjaar van 2018, verscheen Habitus, Fabias’ poëziedebuut. Haar dichterlijke bestaan kwam in een stroomversnelling terecht. ‘Het gebeurt niet vaak dat critici een poëziedebuut unaniem tot meesterwerk uitroepen,’ schreef Piet Gerbrandy in Ons Erfdeel. Toch is dat exact wat Habitus overkwam. De 118 pagina’s tellende bundel werd onthaald als een van groot formaat. Eric van Loo (Meander) noemt het een ‘poëtische dijkdoorbraak’, Alfred Schaffer (De Groene Amsterdammer) een ‘barstensvolle en overdonderende dichtbundel … een grote leeservaring’. Gerbrandy had niets dan lof toen hij stelde dat ‘Habitus van Radna Fabias volkomen terecht [is] binnengehaald als een rijp en overrompelend boek.’
De recensenten waren laaiend enthousiast, jury’s overstelpten Fabias met poëzieprijzen. Habitus is ondertussen al vijfmaal herdrukt, een lot dat de meeste romans niet is gegund, laat staan een dichtbundel. Fabias zelf valt niet meer weg te denken uit de literaire scene. Interviews, lezingen, en leesclubs stapelen zich op. Ze kan zowaar van haar poëzie leven. Waarom net deze bundel zo’n groot succes geniet, valt moeilijk te achterhalen. Het succes van een dichter is nooit alleen afhankelijk van diens kunde en vernuft. De wegen van het literaire veld zijn ondoorgrondelijk. Wat we wel enigszins kunnen doorgronden is wat precies deze fascinatie voor een dichter en haar bundel behelst. Interviewers en recensenten laten immers heel wat bewijsmateriaal rondslingeren.
Aan de hand van een kleine discursieve analyse van een achttal recensies van Habitus en een zestal interviews met Fabias probeer ik te achterhalen hoe de bundel wordt gelezen, wat daarbij de grote aandachtspunten zijn, wat voor vragen Fabias krijgt voorgeschoteld en hoe die aansluiten bij de thema’s die in de bundel worden aangereikt. Kortom, welk beeld wordt opgeroepen van zowel bundel als dichter, en is er overlap tussen die twee? Wat maakt Habitus en Fabias zo intrigerend? Kan een discursieve proefboring blootleggen wat lezers intrigeert aan Habitus en Radna Fabias en kan het me ook iets meer vertellen over mijn eigen fascinatie?