Het Rode Oor

Een deur dichtlaten | Winnaar Het Rode Oor 2021

door Marijn Sikken

Datum 18 oktober 2021
Door
Marijn Sikken

Uit liefst 205 inzendingen selecteerde de jury acht teksten voor de finale van Het Rode Oor 2021. Van mislukte relatietherapie tot de betere natuurdocumentaire: acht uiteenlopende verhalen, met slechts één onderwerp: erotiek. Op zondag 10 oktober 2021 koos het publiek uit acht finalisten 'Een deur dichtlaten' van de Nederlandse Marijn Sikken uit tot het beste erotische verhaal.

Hieronder kan je Een deur dichtlaten van Marijn Sikken beluisteren of lezen. Het verhaal werd ingesproken door Elsa May Averill.

Liefste,

Jij hebt mij nog niet gezien. Je staat voor de hoofdingang, veel baksteen, en vanaf de eerste etage kijk ik op je neer. Misschien zegt dat minder dan ik denk: dat jij iemand bent die niet omhoog kijkt en ik iemand die altijd naar beneden staart. Er moet een punt zijn waarop we elkaar treffen. Dat punt is vandaag. Aan de overkant van de wei begint het parkeerterrein van McDonald’s.

Je rookt Lucky Strikes? Ik herken het doosje, maar jou herken ik er niet in, het past niet bij het beeld dat ik van je heb en ook niet bij je grijze wollen jas. Ik zie voor me hoe het is gegaan: gehaast de deur uit, een ‘doei!’ halverwege het tuinpad, twintig kilometer te hard de straat uitgereden, tussenstop op een tankstation, de nervositeit als een sjaal om je nek en daardoor het verkeerde antwoord op de vraag welk merk het mag zijn, meneer?

Motregen. Nog steeds kijk je niet omhoog. Je doet iets op je telefoon. Leeg je je chats of heb je het tegen iemand anders? Langzaam rook je je sigaret. Het hotel is afgelegen genoeg, maar het leven is één grote foutmarge. Je zult je verhaal wel klaar hebben, mocht je iemand tegenkomen - ik ook. Al je berichten heb ik verwijderd, iedere mogelijke handeling die we voor elkaar uitspelden, maar ik herinner me elk woord.

Je hebt echt een goede kop haar. Heb ik het tijdens onze zoen aangeraakt? Ik herinner me hoe je smaakt (as, een vleugje olijf) en hoe je ruikt (citrus, maar chemisch), hoe bleek je onderarmen zijn (wit als melk), maar niet of ik door je haar heb gewoeld. Zo meteen dan maar.

Die jas. De regen. Hoe je daar probeert te staan alsof dit gewoon een afspraak is.

Eindelijk, zul je zo zeggen. En ik zal dat beamen. Misschien moeten we even aan elkaar wennen. Ineens, in deze zachtgele hotelkamer, is alles mogelijk. Wat nu? Ik stel me voor hoe je die wollen jas, zwaar van de regen, aan het haakje hangt. Ik houd mijn buik in en mijn schouders naar achteren. Naakt zal ik op je schoot kruipen. Je draagt een lichtblauwe blouse die ik knoop voor knoop open, ik maak een grapje over het cliché. Met mijn vingertoppen zal ik over je borstkas strijken, ik zal je lieve mond zoenen. Dan proef ik as. Olijf. Citrus. Je bent weinig gespierd, veel borsthaar heb je niet, je huid is zacht. Je hebt me verteld over het litteken op de plek waar eerst je linkertepel zat, maar niet wat er is gebeurd - zodat ik nogal vurige fantasieën heb over de toedracht, iets met een vishaak, een piercing, met bijten, een sex injury: mogelijke scenario’s waarvan ik jaloers en geil word. Misschien is het litteken een warmbloedige drempel, een slang die ik met mijn vingers kan volgen, een die ik (meer dan je mond, je penis) wil kussen. Eindelijk zal ik je mogen voelen. Het woord eindelijk zal een daad worden.

Het parkeerterrein is leeg. Waar wacht je op?

O, ik weet het. De werkelijkheid is weerbarstig, de aarzeling wederzijds. Het probleem drukt eerder op de bel dan jij. We zijn te gulzig geweest. Tussen de kus en de afspraak in legden we onze kaarten op tafel. Ik weet van jouw litteken, hoe je graag een vingertopje in je anus voelt, jij weet dat ik graag slik en moeilijk kom, dat het alleen lukt als iemand in mijn gezicht spuugt, als de maan precies goed staat, mijn hoofd leeg is, dus bijna nooit. Onze verwachtingen zijn buiten hun oevers getreden. Durf jij alles te doen wat je aan me schreef? Kun je in mijn gezicht spugen zonder je verafschuwd van me af te keren? Misschien weten we te veel van elkaar.

Je sigaret wordt langzaamaan een stompje, je haar is nat. Straks zal je eerdere openhartigheid over je litteken zich tegen je keren. Je schaamt je voor je borstkas en je zenuwen, houdt je blouse liever aan. Ik op mijn beurt ben niet nat genoeg om mezelf over je pik heen te laten glijden, gehannes met een condoom, erectiestoornissen, botsende tanden, staan die telefoons echt uit? Het verlangen, dat zo lang heeft moeten wachten, is een te strak geblazen ballon: jij komt te snel en ik niet. Naderhand weten we niet waar we moeten kijken. Nooit zal ik horen hoe je je tepel verloor.

Zoals je daar staat in een te warme jas, liefje: laat het daar eindigen, de begeerte intact. Er zijn te veel woorden aan voorafgegaan, er wordt zoveel verwacht. Dat kunnen we niet waarmaken. Welk mooier cadeau kan ik ons geven dan - als jij je peuk en telefoon hebt uitgedrukt en naar binnen stapt, als je jezelf moed hebt ingeademd en op de kamerbel drukt - de deur niet te openen?

Meer over Het Rode Oor?

Hier vind je alle teksten, podcasts en informatie.

Alles bekijken

Marijn Sikken debuteerde in 2017 met de roman Probeer om te keren (Cossee). zij publiceerde in diverse literaire tijdschriften, schreef columns voor Literair Nederland en zat in de redactie van De Optimist. Ze werkt aan een tweede roman.

Organisatie: deBuren, Stichting Nieuwe Helden en De Nieuwe Liefde. Het Rode Oor is onderdeel van het project Yes, please!, een initiatief van Stichting Nieuwe Helden in co-productie met deBuren en in samenwerking met De Nieuwe Liefde, Compagnietheater, Marres Maastricht en HKU.