Reportage Schrijfresidentie 2023

De schrijf- en life hacks van Babs Gons

Babs Gons in gesprek met de residenten

Datum 31 juli 2023

Babs Gons is aanjager van de spoken word in het Nederlandse taalgebied en binnenkort Dichter des Vaderlands, maar ze houdt van een goed potje relativeren. ‘Ik denk altijd: het is belangrijk wat m’n zoon ervan denkt en hoe het met hem gaat. Een mens afleveren aan de wereld maakt poëzie relatief.’ Bij haar ontmoeting met de achttien schrijfresidenten in Parijs biedt ze een no-nonsenseblik in haar praktijk en strooit ze gul met tips allerhande. ‘Mensen vinden het leuk om te weten dat je je teenslipper kunt repareren met het plastic clipje van de broodzak.’ Een greep uit haar schrijf- en life hacks!

Pioniershack: bouw je eigen huis en vier je eigen feestje

De opgroeiende Babs Gons was een meisje dat veel las, maar ook veel luisterde. Naar de hiphop van onder anderen Grandmaster Flash en LL Cool J, die vertelden over hun levens waarin ze te maken kregen racisme en politiegeweld. Ze raakte vervolgens in de ban van verhalende dichters als Linton Kwesi Johnson, Gil Scott-Heron, Langston Hughes , Sonia Sanchez en the Last Poets. Toen ze eind jaren ’90 naar New York trok leerde ze daar spoken-wordpodia kennen, maar in Nederland vond ze niets vergelijkbaars. ‘Dus ik richtte het op! Palabras begon in een kraakpand, was eigenlijk vanaf de eerste avond populair en verhuisde naar Paradiso.’

Ze ondervond dat het best makkelijk was om Engelstalige sterren binnen te halen, maar dat er nog geen platform was waar Nederlands talent zich kon verenigen en ontwikkelen. ‘Dus ik richtte het op!’ Met Poetry Circle Nowhere ijverde ze voor de erkenning van spoken word als een volwaardig genre. Begin de jaren ’00 was het lastig: ‘VHS-banden aan festivals werden niet beantwoord en als je al ergens geprogrammeerd werd, was het naast het lawaaierige podium van de headliner… Achteraf ben ik blij dat ik zo heb moeten strijden, de pijn van het pionieren maakt dat je alle successen heel erg op waarde schat.’

© Marianne Hommersom

© Marianne Hommersom

Ondertussen is er meer erkenning voor slam en spoken word, en wordt het bredere belang onderkend. ‘Ik word gevraagd als schrijver voor televisie, theater, comedy… Treed op als maatschappelijk denker bij kerken, de rechtbank, de politiebond. Op die laatste plek heb ik gereflecteerd op wat het woord “sorry” betekent, bijvoorbeeld na gevallen van ethnic profiling: heel relevant om te doen!’


Schrijfhack: weet waarom je het doet

‘“De grenzen van mijn taal zijn de grenzen van mijn wereld”: Wittgenstein zei het, en ik nu ook!’ Ze is ervan overtuigd dat je als schrijver de taal moet oppakken, moet kijken wat je ermee wil, moet nagaan wat eerder al is nagelaten door je voorouders. ‘Je schrijven komt voort uit een behoefte: onderzoek wat die is. En soms komt zo de wind eronder, en bleek het toch een beetje ijdel. Ga dan verder zoeken.’ Toen ze zelf begon, imiteerde ze nog de stijl en thema’s van Amerikaanse rappers en dichters. Maar toen ze naar het Nederlands overschakelde waren er minder voorbeelden, wat haar hielp om te schrijven wat ze wilde, niet te kopiëren wat ze eerder had gezien. ‘Nu wil ik niets meer maken dat het niet lang houdt. Schaamte over je eerdere werk kan wel uitstekende brandstof zijn om door te gaan!’ Voor haar is het gevoel van een gedicht belangrijker dan de techniek of het ‘literaire gehalte’. Ook als ze een opdracht krijgt bedenkt ze altijd ‘voel ik iets bij dit thema?’ alvorens die aan te nemen.

Podiumhacks


‘Deze week las ik pas voor de zesde keer een tekst hardop voor. Ik voel dat er een dimensie bij komt, maar heb last van trillingen’, brengt een resident aan. Geen beter mens om podiumadvies aan te vragen dan Babs Gons. Tijd voor tips:

- Leer je tekst goed: neem ’m op en praat mee met de opname in de douche, bij de afwas, onderweg… Raak bekend en bevriend met je gedicht.
- Trek je voor het optreden minstens een halfuur terug. Ga nog eens door je tekst, denk uit hoe je die gaat brengen.
- Neem je tijd om op het podium te gaan staan, probeer rustig te ademen. Bedenk: ik sta hier omdat ik hier echt wil staan.
- Zoek een enthousiast gezicht in de zaal om je op te richten. Iedereen heeft een cheerleader nodig. En ga er niet van uit dat de chagrijnige gezichten er niet van genieten.
- Doe het vaak: ook ik ben nog zenuwachtig bij de eerste vijf keer dat ik een nieuw gedicht breng, dan zijn we nog vreemden van elkaar.
- Je verhaal moet een Jengatoren zijn: als je een woord of zin vergeet moet het verhaal nog steeds overeind blijven.
- Vergeet niet te genieten. Het is een intieme kunstvorm, mensen waarderen dat en gooien echt geen biertje naar je hoofd als ze het niet mooi vinden.

Residenten vullen aan met hun podiumhacks:

- Houd een boek met de tekst vast, zo bouw je zekerheid in. Geen papieren blaadjes, want die kunnen gaan trillen!
- Beluister eens iemand anders die jouw tekst brengt.
- Ik let al een hele week van tevoren op mijn stemhygiëne. Als je stem je kan dragen, geeft dat veel zelfvertrouwen.
- Probeer te wennen aan het geluid van je stem, het gaat beter als je het prettig vindt om jezelf te horen praten.

© Marianne Hommersom

© Marianne Hommersom

Publiceerhack: doe het toch maar

Gons debuteerde pas na decennia podiumervaring met een passend getitelde bundel: Doe het toch maar. ‘Ik verzette me lange tijd tegen het verhevene van geschreven literatuur. De orale traditie was altijd dé manier om cultureel erfgoed door te geven, denk maar aan troubadours, djeli’s, griotten en rederijkers. Of bedenk hoeveel minder we van de slavernijgeschiedenis zouden weten zonder de orale overlevering, de opgetekende verhalen van mensen die niet mochten leren schrijven.’ Maar toen een literair agent haar aanmoedigde, kreeg ze alsnog zin om een tijdsdocument te maken.

Het werd een bloemlezing van haar werk van de laatste acht jaar, maar de selectie was een spannende oefening. ‘Ik was bang dat mijn podiumteksten plat zouden vallen op papier, zonder mijn stem erbij, maar dat viel goed mee. Enkele spreektalige zaken en gelegenheidsgedichten haalden we eruit. En één gedicht werd sterk ingekort om op minder pagina’s te passen; zo ontdekte ik dat het soms korter kan.’ Gons’ teksten blijven ondanks de bundeling wel evolueren: ‘In mijn eigen exemplaar heb ik al van alles geschrapt en bijgeschreven. Mijn gedichten blijven in beweging en passen zich aan aan de tijd. Zo veranderde ik een gedicht waarin ik heel resoluut sprak over mannen en vrouwen: daar zit nu een verwijzing naar non-binariteit in.’

Mijn gedichten blijven in beweging en passen zich aan aan de tijd

Babs Gons

Gons is blij ze het toch maar heeft gedaan, publiceren. Ze wordt op andere plekken gevraagd, bereikt mensen die niets met spoken word hebben. Van die mogelijkheid maakt ze ook gebruik om bewustwording op gang te brengen. Ze spreekt organisaties er vriendelijk op aan als die nooit artiesten van kleur uitnodigen of vraagt haar uitgeverij om met een voor hen onbekende vormgever samen te werken, onder het mom: bring your own people. ‘Meestal zijn de reacties als je zoiets opwerpt best positief, en soms verandert er ook echt iets!’

Life hack: blijf dicht bij jezelf

Toen Babs Gons gevraagd werd om Dichter des Vaderlands te worden heeft ze lang getwijfeld, niet over de inhoud, maar wel over de verhoogde zichtbaarheid. ‘Ik kan trots zijn op wat ik doe, maar ik wil geen publiciteit voor mezelf, geen personality interviews. Dan krijg je altijd de vraag in welk dorpje je bent opgegroeid: wie hééft daar wat aan?’ Gons vindt het raar om iets te doen dat niets met haar makerschap te maken heeft: deelnemen aan een quiz, talkshowgast zijn… ‘Het is een andere vorm van taaluitwisseling. Bij poëzie zegt bijna nooit iemand: ik ben het er niet mee eens.’

© Marianne Hommersom

© Marianne Hommersom

Ze is blij dat ze lang achter de schermen werkte voor ze met haar bundel het publieke leven in stapte. Door haar ervaring kan ze nu aangeven wat ze fijn vindt om te doen (liever een 5 tips geven in een damesblad dan een familie-interview in een landelijke krant) en kan ze het allemaal wat relativeren. ‘Als iemand me op die éne spelfout in een column wijst met de rotopmerking “succes met je Nederlands”, dan denk ik aan wat iemand als Sylvana Simons moet doormaken. Dan draai ik zo’n situatie om op papier en kan ik er kracht uithalen.’


Leeshack: houd alles netjes bij


Babs Gons leest heel veel, en ze zorgt ervoor dat ze zo veel mogelijk daarvan bijhoudt. Fragmenten uit boeken, boeiende interviews, gedichten, maar ook verslagen van ontmoetingen of columnideeën: ze slaat het allemaal op in nette mapjes op haar computer. ‘Door categorieën te maken, overlees ik deze flarden vaak; dat voedt mijn schrijven.’

Of ze dan leestips heeft, vraagt iemand na ruim twee uur gesprek. Heb je nog een halfuurtje? Gons doet niets liever dan de poëzie die haar gevormd heeft delen met de wereld. Ze werkt nu aan een theatervoorstelling met die bedoeling en wil graag meer Afro-Amerikaans werk vertalen naar het Nederlands. Een greep uit haar lijstje lievelingen:

- Roger Robinson – A Portable Paradise
- Mahogany L. Browne – Chrome Valley
- Anthony Joseph – Sonnets for Albert (over) Caraïbische vaders
- Audre Lorde – The Black Unicorn (‘de bundel die me al het langs vergezelt’)
- Natalie Diaz – Postcolonial Love Poem
- Het werk van Nikki Giovanni, Antjie Krog, Ronelda  Kamfer, Kae Tempest, Safia Elhillo, Elizabeth Acevedo, Warsan Shire, Kei Miller…


De avond nadert z’n slot, de residenten gaan naar hun kamers met een karrenvracht aan hacks om uit te proberen. Wat wordt Babs’ volgende boek, vraag iemand zich nog af. ‘Ik was van plan een verhalenbundel te maken, helemaal from scratch op papier. Dat voelde raar, het idee om schrijftijd te moeten inplannen, want m’n werk komt normaal gezien altijd onderweg. Ik keek er eigenlijk naar uit, maar toen kwam de uitnodiging om Dichter des Vaderlands te worden... Het boek zal wat moeten wachten. Ik droom dan wel van regelmaat, het is niet m’n leven.’

© Marianne Hommersom

Babs Gons (1971) debuteerde in 2021 met de dichtbundel Doe het toch maar, maar haar carrière begon al jaren daarvoor. Als spoken word artiest en host heeft ze het genre in Nederland op de kaart gezet. Ze organiseerde vanaf 2000 bijna tien jaar lang Palabras, een maandelijks podium voor jonge dichters en schrijvers in Paradiso in Amsterdam en was medeoprichter en tot 2014 artistiek leider van Poetry Circle Nowhere. Ook bezorgde ze een bloemlezing in het genre: Hardop (2019). Ze staat niet alleen als performer maar ook als presentator op podia, is gastvrouw van de muzikaal-literaire show Babs’ Woordsalon, droeg voor op radio, televisie, in musea, op festivals en internationale podia, was jurylid bij onder meer de J.M.A. Biesheuvelprijs en de Grote Poëzieprijs.

In 2018 ontving Gons de Black Achievement Award voor Kunst en Cultuur, in 2021 was ze Boekenweekdichter. Een bundeling van haar column in Het Parool kwam uit in 2022: Alles Wat Je Liefhebt Wordt Mooi (Atlas Contact). Datzelfde jaar verscheen bij Gottmer Het begint met een droom, een boek voor kinderen over de levens van 20 heldinnen uit de geschiedenis van Nederland, Suriname en de Nederlandse Antillen, met illustraties van Femme ter Haar. Doe het toch maar (Atlas Contact) werd genomineerd voor de Herman de Coninckprijs en de Poëziedebuutprijs. Ze won een Johnny-award, een oeuvreprijs voor podiumpoëzie in 2022, en in september 2023 zal Gons worden ingehuldigd als de nieuwe Nederlandse Dichter des Vaderlands.