'Mijn familiegeschiedenis uitpluizen, papa, ik doe het voor jou'

Tuly Salumu schrijft een brief aan haar Congolese vader

Datum 30 mei 2024

Eind mei ging een indrukwekkend panel tijdens De kolonie mept terug in gesprek over racisme en ongelijkheid in de Lage Landen. Nieuw Geluid-deelnemer Tuly Salumu sloot de avond af met een brief aan haar Congolese vader. 'Dat jij als Congolees eigenlijk uit een meer ontwikkeld milieu kwam dan mama ging er bij mij gewoon niet in. Ik schaam me hiervoor, papa.' Een brief over haar iconische grootvader Kokó, de moeizame band met haar vader en hoe ze haar familiegeschiedenis in ere wil herstellen.

Lieve papa,

Zoals je weet zat ik een maand geleden doodnerveus in een tweesterrenrestaurant in Ukkel Japanse biefstuk te eten in het gezelschap van een politiek zwaargewicht uit Congo, een oude krokodil die nog voor de dekolonisatie in een afgelegen dorpje was geboren en zich had opgewerkt tot in de senaat. Tijdens het vijfgangenmenu, dat hij betaalde, toonde hij me foto’s van zijn spierwitte villa in Kinshasa. Een prachtig gebouw met 33 kamers, zo vertelde hij trots, waaronder een cinema, een balzaal en een azuurblauw zwembad.

Mijn ontmoeting met deze voormalige senaatsvoorzitter was niet van politieke, maar van emotionele aard. Hij had jouw vader, Kokó, gekend in zijn jonge jaren en wilde me helpen om zijn leven te reconstrueren. Maar telkens ik het gesprek van zijn snoeverij naar Kokó probeerde terug te leiden, bracht hij lachend uit: ‘Mais enfin, vous êtes vraiment obsédé par votre grand-père.’ Of ik echt geobsedeerd ben door Kokó weet ik niet. Al moest ik meteen denken aan mijn broer die me onlangs vroeg waarom ik maar blijf zoeken naar sporen van een man die ik nooit heb gekend en die al meer dan vijftig jaar begraven ligt op een kerkhof in Kinshasa, meer dan achtduizend kilometer hiervandaan.

Toen stond ik met mijn mond vol tanden. Maar inmiddels weet ik het wel. Papa, ik doe het voor jou.

Sinds de start van mijn zoektocht, nu enkele jaren geleden, leef je helemaal op. Bij elke snipper informatie over Kokó die ik in handen krijg, gaan je ogen blinken en verander je weer in de tiener die ik herken van het vergeelde familieportret bij mij thuis aan de muur. Je staat er kaarsrecht aan de zijde van Kokó, gekleed in een smetteloos maatpak. De foto is genomen in Kinshasa rond 1970, een decennium na de onafhankelijkheid en enkele jaren voor zijn plotse dood. Jij bent intussen bijna zeventig, papa, en nog altijd in de rouw. Verdoving zoek je niet langer in de drank, maar in de Bijbel en in de Evangelische kerk. Telkens ik je opbel, ben je op Facebook naar een livestream van je favoriete Parijse pastoor aan het kijken.

Ik doe mijn best om je te begrijpen. Kokó was een inspirerend figuur. Het ziet er naar uit dat hij een icoon was van de oude garde politici in Congo. Zijn politieke carrière was kort maar krachtig, met als hoogtepunt zijn ministerschap, en als dieptepunt zijn opsluiting in Buluwo, dezelfde ondergrondse gevangenis waar ook zijn groot voorbeeld Patrice Lumumba verbleef. Kokó was een partijgenoot van Lumumba, een onafhankelijkheidsstrijder, een leider van de Basonge. Maar toen hij op achtendertig-jarige leeftijd stierf, volgens de familielegende door vergiftiging, verdween hij onverbiddelijk tussen de mazen van het geschiedenisnet.

Ik moet toegeven dat ik al die verhalen over Kokó pas sinds enkele jaren serieus neem. Het zal je kwetsen, papa, maar als kind, als tiener heb ik er nooit één woord van geloofd. Hoe kon mijn agressieve, aan drank verslaafde vader de zoon zijn van een intellectueel man, een minister zelfs? Je sprak niet eens Nederlands! Je geloofde in duivels en hekserij! Thuis aten we droog brood zodat jij kon shoppen in de meest exclusieve boetiekjes. Ik weet nog hoe je in zo’n chique zaak in Antwerpen een pantalon wilde afrekenen, maar daar niet in slaagde omdat het saldo op je kredietkaart ontoereikend was. Ik trok beschaamd aan je arm, terwijl jij de verkoper smeekte of je als vaste klant niet op de poef mocht, of hij je de broek desnoods niet wilde lenen.

'Als de voornaam van Kokó niet Jean maar Jan was geweest, als hij in België minister was geweest, dan had ik in allerlei genealogische databanken een schat aan informatie gevonden'

In mijn kinderhoofd groeide langzaam een ander narratief: je was je strooien hut ontvlucht en in een bootje naar België gevaren, waar mijn Vlaamse mama je uit de drek trok, diezelfde drek waar je na jullie scheiding meteen weer in wegzakte. Dat jij als Congolees eigenlijk uit een meer ontwikkeld milieu kwam dan mama ging er bij mij gewoon niet in.

Ik schaam me hiervoor, papa. En ik schaam me voor mijn land. Want als de voornaam van Kokó niet Jean maar Jan was geweest, als hij in België minister was geweest, dan had ik in allerlei genealogische databanken een schat aan informatie gevonden. Maar helaas was hij minister in Congo, in de nasleep van de onafhankelijkheid, een periode waarover bitter weinig documenten zijn bewaard gebleven en die weinig bestudeerd is. Ook de geschiedschrijving is helaas koloniaal.

Ik kan me mateloos ergeren aan je gelatenheid, papa. Aan hoe je ervan uitgaat dat God alles zal regelen. Hierdoor moet ik onze familiegeschiedenis helemaal zelf uitpluizen. Je belooft me foto’s die je nooit geeft. Je laat me een uur op je wachten als we samen naar het Afrika Museum gaan. Contactgegevens van mijn Congolese familie krijg ik via een bevriend onderzoeker en niet via jou, ook al heb je ze gewoon staan in je telefoon. Woest word ik er van! Maar dan denk ik aan mijn andere grootvader, mijn witte grootvader, die je bomenklimmer noemde, en besef ik: je liefde voor de Congolese cultuur is hier gewoon stelselmatig kapotgemaakt - hoe had je die aan mij moeten doorgeven?

Dus zie ik mijn auteurschap als een daad van liefde voor jou. Door over Kokó te schrijven, probeer ik het bijzondere familieverhaal, dat ik lang niet heb geloofd, in ere te herstellen. Het is mijn poging om mama’s gescheurde trommelvlies en de vaderwonde in mijn buik te genezen. Terwijl ik dit opschrijf besef ik dat mijn onderzoek dus vooral ook een daad van liefde is voor mezelf. Het is een manier om mezelf te zuiveren van alle miserie die jij hebt meegemaakt en die je anderen hebt berokkend. Ik ben lang op zoek gegaan naar een catharsis. Maar misschien bestaat die wel helemaal niet. Misschien leg je zo’n groot trauma nooit helemaal af.

'Ik wil het uitwissen van Kokó terugdraaien'

Musicologe Carine Alders zegt daar iets interessants over in de prachtige podcast Ludmilla, over de opera die tijdens de Tweede Wereldoorlog in Kamp Westerbork door Joodse gevangenen werd gecomponeerd en opgevoerd.

“Je kunt nooit de massaliteit en de enorme gruwelijkheden van de totale holocaust voorstellen. Dat kan geen mens, zelfs niet zij die het hebben meegemaakt. Daarom is het zo belangrijk dat je die persoonlijke, kleine verhalen wel vertelt, zodat het een menselijk gezicht krijgt. En dat het niet alleen maar nummers en plaatsen en aantallen zijn.”

Het is het terugdraaien van het uitwissen, zegt Alders. Die woorden bezorgen me kippenvel. Want hoewel de kolonisering van Congo een totaal andere context is, voel ik het als nazaat van mijn gekoloniseerde voorouders net zo. Ik wil het uitwissen van Kokó terugdraaien. Ik wil zijn sporen weer aan de oppervlakte brengen. Hem terughalen kan ik niet meer, maar ik kan wel zijn herinnering blijven koesteren.

Lieve papa, de laatste tijd heb ik vaak dezelfde nachtmerrie. Ik zie mezelf liggen aan het azuurblauwe zwembad van de oude krokodil in Kinshasa, terwijl jij in je armoedig tweekamerflatje gekluisterd zit aan de livestream van je geliefde pastoor. En overdag word ik geplaagd door flashbacks naar het etentje in het tweesterrenrestaurant. Keer op keer zie ik de oude krokodil na zijn laatste glas Dom Pérignon in zijn stationwagen met chauffeur verdwijnen. Dan denk ik aan jou en jouw pantalon in de herenboetiek in Antwerpen, en moet ik huilen.

Lees hier ook het verslag dat de lage landen maakte van de avond: Strijden tegen racisme is als zingen in een koor.

© Sarah Van Looy

Tuly Salumu is journalist en schrijver. Haar werk verscheen in De StandaardHet Nieuwsbladrekto:verso en MO* Magazine. In 2023 debuteerde ze met haar roman Bintje. Vandaag schrijft ze columns voor De Morgen en werkt ze aan haar tweede roman. Tuly schrijft over identiteit, moederschap en het belang van representatie. In 2022 werd ze geselecteerd voor de eerste editie van het talentontwikkelingstraject Nieuw Geluid bij deBuren. 

Alles bekijken