Zeven onuitgegeven Oostakkerse gedichten van Hugo Claus werden onlangs ontdekt. Volgens Clauskenner Georges Wildemeersch is het een ontdekking van 'onschatbaar literair-historisch belang'. Met De Oostakkerse gedichten die in 1955 uitkwamen in boekvorm, vestigde Claus definitief zijn reputatie als dichter. De ontdekte gedichten maken deel uit van een verzameling teksten waaronder een vroege versie van de Oostakkerse gedichten en twee drukproeven van het tijdschrift Tijd en Mens. Twee van de zeven gedichten springen eruit: 'De vreugde soms komt in mijn kamer' en 'niet verzaken: het kind en het woord'. Het eerste is te lezen in de drukproeven van Tijd en Mens, maar sneuvelde in de daadwerkelijke uitgave. Verder is een verrassend onderdeel van de bundel Claus' bewerkingen van twee klassieke gedichten. Het gaat om 'Sal nemmermeer gebeuren' van P.C. Hooft en 'The Legacy' van John Donne. De eerste bewerking lijkt voltooid, maar het gedicht verscheen desondanks nooit. De bewerking van Donnes gedicht stond nog in een beginfase. De drie overige gedichten hebben de titels 'Vergeten zijn onze vingers Livia', 'kon ik je kleren dragen', en 'bang voor je mond'. 'Vergeten zijn onze vingers Livia' is vooral interessant omdat nog drie andere gedichten uit het manuscript om Livia draaien. De twee overige gedichten bleven onafgewerkt. Vraag is waarom deze gedichten onuitgegeven of onafgewerkt bleven. Vond Claus dat ze geen verder potentieel hadden? Volgens Wildemeersch gaat het eerder om vergetelheid van Claus nadat hij in 1967 de drukproeven en het manuscript van de hand had gedaan.
Claus' vergeten Oostakkerse gedichten
Zeven onuitgegeven Oostakkerse gedichten van Hugo Claus werden onlangs ontdekt. Volgens Clauskenner Georges Wildemeersch is het een ontdekking van 'onschatbaar literair-historisch belang'. Met De Oostakkerse gedichten die in 1955 uitkwamen in boekvorm, vestigde Claus definitief zijn reputatie als dichter.